Blogs

JUF, IK MOET NOG EEN THERMOMETER TEKENEN

 

Deze uitspraak heeft niets met ziekte of koorts te maken, maar wel met aangeven hoe goed de focus was van Elke om aan de slag te gaan. Het gaat om werken met schaalvragen of thermometer om de mate van concentratie aan de geven. Ook goed te gebruiken voor thuisonderwijs.

Elke kwam bij mij vanwege haar moeite met focussen. Ze had naast haar concentratieproblemen ook ernstige dyslexie. Dat maakte het voor haar niet makkelijk om in de klas goed mee te komen, terwijl uit onderzoek gebleken was dat ze een gemiddelde intelligentie had.

De ene les werkte ze best goed bij mij, de andere les was er met haar geen land te bezeilen. Ik besloot voor haar een thermometer met de getallen van 1 tot 10 te tekenen op een klein whiteboard. Ze mocht dan met een pijltje aangeven hoe goed haar concentratie die dag was. Ze schreef er dan ook nog bij: rekenen 5 of spelling 8. Zowel voor mij als voor haar was dit een goede graadmeter. Met een 8 bij spelling konden we gewoon aan de slag. Maar bij een 4 of 5 bij rekenen werd het al lastiger. Wat konden we doen om haar concentratie te verbeteren? We deden allebei wel eens suggesties. Vaak hielp wat beweging, overgooien op verschillende manieren met bal. Of ballon of als de concentratie niet al te slecht was: tafels oefenen met behulp van een bal. Met een concentratie van 3 had het geen zin om aan de slag te gaan. Ik vroeg dan meestal hoe het kwam dat haar concentratie zo laag was. Dat kon zijn vanwege een naderend feest als Sinterklaas of omdat haar vader erg ziek was. Dan had het meer zin daar op in te gaan en haar bijvoorbeeld een tekening voor haar vader te laten maken. En te kijken of we naderhand nog aan de slag konden. Of ik kon haar laten vertellen wat ze zo spannend vond en een concentratie spelletje laten doen. Dat had vaak een goed effect.

En aan het eind van de les bekeken we weer hoe het met haar concentratie was. Was die beter geworden of juist slechter? Hadden we iets kunnen doen waardoor de concentratie beter werd? Ze nam ook de evaluatie altijd heel serieus. Ze beoordeelde zichzelf vaak best positief en gaf wel eens een 10 voor concentratie. En voor mij was het prettig om niet hard te gaan trekken als de concentratie 3 was aan het begin van de les. Vooral aan een matige beoordeling van rond de 5/6 bleek nog wel eens wat te doen door een bewegingsspel of haar laten vertellen wat haar bezig hield. Die ging nog wel eens omhoog naar de 7 of 8.

Natuurlijk had ik wel een bestaande of geplastificeerde thermometer kunnen gebruiken. Maar Elke vond het leuk om iedere keer zelf de schaal van 1 tot 10 te tekenen. Ik vergat zelf wel eens haar de thermometer te laten tekenen of vond het niet iedere les nodig. Maar dan begon ze er zelf over, soms ook halverwege de les: juf, ik moet nog een thermometer tekenen.

Behalve voor concentratie kan je ook een thermometer of ladder gebruiken bij boosheid, verdriet, vol hoofd, etc. Voor kinderen is dit een makkelijke manier om inzichtelijk te maken hoe het gesteld is met hun gemoedstoestand, hun volle hoofd, concentratie etc. Een thermometer of ladder is een instrument om verder op door te vragen.

Handig is om te bepalen bij welke waarde je in dit geval nog kunt werken, bijvoorbeeld in dit geval als de concentratie 6 is. Bij 5 wordt het voor Elke al lastig. Terwijl een Thomas met wie ik de schaal vragen voor een vol hoofd gebruik met 5 nog wel aan de slag kan. Ronnie die de thermometer voor zijn boosheid gebruikte, kan met 7 nog een time-out nemen. Bij 8 is dat lastig. Dan is hij eigenlijk al te boos.

Thuis kan je kijken of je kind nog voldoende ruimte in zijn hoofd heeft om door te werken. Ook hier weer de vraag: bij welk getal het kind nog aan de slag? Wanneer is even de trap op en neer lopen, op de trampoline springen of een klein spelletje doen genoeg? En wanneer is het tijd voor een grotere pauze of zelfs toegeven: voor vandaag is het genoeg. Met een ladder of thermometer heb je een handig instrument om dit op een leuke manier inzichtelijk te maken.

 

 

Laat je kind een veilige plek creëren: een visualisatie van een kleurige bel

De oefening die je nu gaat doen is een visualisatie, iets wat je je voorstelt. De bedoeling is dat je je een bel of bubbel met licht en kleur om je heen gaat voorstellen, waardoor je beter beschermd bent tegen wat er om je heen gebeurt.

Ga zitten op een stoel met je voeten op de grond. Vind je zitten op een stoel niet prettig, dan kan je ook een andere houding aannemen. Sluit als je wilt je ogen. Voel je voeten op de grond, voel je benen, je billen, je buik, je rug, je armen, je hoofd. Adem een keer diep in …en uit… en nog een keer in.. en uit..

Stel je voor dat je in een prachtige bel zit die helemaal om je heen zit. Stel je de bel voor om je hoofd, om je voorkant, je achterkant, je rechterkant, je linkerkant en helemaal onder je voeten door. Geef deze bel een mooie, fijne kleur, goud of rose, geel of groen, wat je maar wilt. Voel nog een keer of de helemaal goed in de bel zit en bel aan alle kanten gesloten is.

Dan stel je je voor dat er een zon boven je hoofd staat, jouw eigen stralende zon. En met licht uit deze zon vul je jouw eigen bel. Je kunt je bel helemaal vullen met prachtig goudgeel zonlicht. Maar je kunt ook weer kiezen voor een andere kleur die je fijn vindt. Vul de hele bel met dit mooie licht, vul je voorkant, je achterkant, je zijkanten, vul de ruimte boven je hoofd en vul heel goed de ruimte onder je voeten.

Geniet nu van het zitten in je mooie bel met jouw eigen kleuren. Adem nog een keer goed in.. en uit…

Beweeg dan je tenen, je vingers, wiebel wat heen en weer en open je ogen.

 

Met kalfje lopen en begeleiding voor dyslexie

Luc uit Laren kwam bij mij voor dyslexiebehandeling. Hij kwam met frisse tegenzin. Lezen en spellen waren duidelijk niet zijn grootste hobby’s. Hij woonde op een boerderij. En in de zomerperiode had hij het steeds over zijn kalfje waar hij mee ging lopen. Omdat ik nog niet zo lang in de regio woonde, had ik geen idee waar het om ging. Hij legde mij uit dat hij met zijn kalfje aan het trainen was en dat dat een om een soort wedstrijd ging. Er was ook een vriendje van hem dat meedeed. En ze hadden allebei een eigen kalfje waar ze mee oefenden.

Omdat ik nog steeds niet een echt beeld had van wat met een kalfje lopen nu inhield, besloot ik maar eens te gaan kijken op de grote dag waar hij zo lang naar toe werkte. Ik was op tijd aanwezig op het evenement dat bleek te gaan om een fokveekeuring. Ik zag eerst de volwassenen die met hun koe door de ring liepen om hun koe te showen en te laten keuren.

Daarna kwamen de kinderen met hun kalfjes. Ik had Luc en zijn moeder en zusje al begroet. Luc liep van zijn ene op zijn andere been te springen en was duidelijk zenuwachtig. Hij was als derde aan de beurt. Toen hij de ring in kwam bokte zijn kalfje. Het wilde eerst niet meekomen. Gelukkig bleef Luc rustig. Na dit lastige moment liep het kalfje keurig met hem mee, een mooie ronde door de ring. Luc glom van trots.

Ik wilde natuurlijk ook de uitslag meemaken. Luc had niet de eerste prijs gewonnen, maar wel de derde, waar hij ook al hij heel blij mee was. Hij stond te stralen met zijn medaille om naast zijn kalfje dat rustig bleef staan.

Natuurlijk nam hij de medaille mee naar school om hem te laten zien. De eerst volgende les hebben we besteed aan het schrijven van een verhaal over het lopen met het kalfje. Hij zat helemaal in zijn verhaal, ook al moest ik hem wel eens helpen met formuleren. Het grootste gedeelte ging over de voorbereiding, het wennen aan het halster, het steeds maar weer rondjes lopen met het kalf en op het laatst het wassen en scheren, waar zijn vader bij hielp. En natuurlijk de wedstrijd zelf, waarbij hij zijn zenuwen vergeten was toen hij eenmaal in de ring stond. Onder tussen vroeg ik hem natuurlijk ook naar de spellingregels, wennen, waarom met dubbel n, lopen, waarom met één o en zo verder. Hij leek het deze keer niet eens zo erg te vinden en voor we het allebei in de gaten hadden was de les al weer voorbij. Hij zou thuis het laatste stukje schrijven. Er moest natuurlijk nog wel in dat hij de derde prijs gewonnen had. Het woord ‘medaille’ heb ik maar vast voor hem voorgeschreven. Nu maar kijken of gewonnen met dubbel n zou lukken.

Bootje met beelden van ruzie laten wegvaren om rust in het hoofd te krijgen

Soms hebben kinderen last van beelden van nare voorvallen, akelige gebeurtenissen of filmbeelden. Ze kunnen zich hierdoor niet goed concentreren of niet goed slapen. Tekenen van gevoelens en beelden en die tekening verscheuren, verbranden of laten wegvaren kan helpen.

Een voorbeeld hiervan zijn de beelden van Anne. Ze komt al wat langer bij mij. Haar ouders zijn gescheiden. Er is wel een omgangsregeling die best goed loopt, ook al is er nog wel eens wat onenigheid tussen ouders.

Anne heeft moeite gehad met het heen en weer gaan tussen twee huizen en met het wennen aan de nieuwe stiefzusjes bij vader. Soms kan ze het goed met hen vinden, soms zijn er ruzies en baalt ze van hen. We hebben gekeken naar wat ze mist: Haar oude huis dat zo mooi lag. Wonen op één plek. De goede momenten toen haar ouders nog samen waren. Als ze bij moeder is, mist ze haar vader en andersom.

Eigenlijk gaat het met haar de goede kant op. Op school tonen haar resultaten een stijgende lijn. Toch vertelt ze dat ze zich in de klas moeilijk kan concentreren. Ze moet steeds denken aan een ruzie tussen haar ouders toen ze nog bij elkaar waren. Ze stonden toen zij in bed lag onder haar raam te schreeuwen. Ik kan me herinneren dat ze hier in het begin over verteld heeft en wist niet dat die gebeurtenis nog zo’n impact had.

Eerst mag ze nog eens haar verhaal vertellen. Dan mag ze zeggen waar ze het voelt in haar lichaam als ze aan deze gebeurtenis denkt (in haar hoofd) en welke kleur en vorm ze aan dat gevoel geeft. Vervolgens maakt ze daar een tekening van. Op het papier tekent ze haar ouders klein in de hoek en verder verschijnen veel rode, zwarte en blauwe lijnen.

Van het papier mag ze een bootje vouwen en met het bootje gaan we naar de beek. We zoeken een plekje waar we het bootje te water kunnen laten. Het valt nog niet mee om het te laten weg varen, want het komt steeds weer naar de kant. We vinden een plek waar het bootje wat verder kunnen laten wegvaren en zien het dan langzaam weg dobberen.

Weer terug in de ruimte mag ze de plek in haar hoofd waar ze het voorval zag en voelde, gaan schoonmaken en op deze plaats iets zetten wat ze mooi of fijn vindt. Omdat ze van bloemen houdt, kiest ze een mooie bloem om daar neer te zetten. De weken erna kan ze zich beter concentreren op school en de nare beelden keren niet meer terug.

Een ander meisje heeft vaak last van nare beelden of angsten als ze een film gezien heeft, ook al is die geschikt voor haar leeftijd. Ze ziet alles erg levendig voor zich en kan dan ’s nachts niet slapen. Ik raad haar moeder aan haar de beelden te laten tekenen en de tekening dan te verscheuren of te verbranden. Ze hebben plezier in het verbranden en daarna slaapt ze goed.

Vaak werkt het goed om als kinderen iets vervelends hebben meegemaakt, of angsten hebben of nare beelden bij zich dragen van een film die ze gezien hebben, dat ze daar een tekening van maken en die verscheuren, verbranden, laten weg varen of weggooien als vliegtuigje.

  1. Het kind vertelt over de gebeurtenis, het beeld, de angst zoals het die heeft meegemaakt of voor zich ziet
  2. Het kind voelt waar het weerslag van deze gebeurtenis of angst in zijn lichaam voelt, welke kleuren en vormen het voor zich ziet. Eventueel welke geluiden en/of bewegingen erbij horen.
  3. Het kind maakt een tekening van de gebeurtenis of angst met bijbehorende beelden en kleuren en vormen van de gevoelens die opgeroepen worden.

Voor heftige gebeurtenissen en trauma’s is soms meer nodig, bijvoorbeeld EMDR of er intensiever mee bezig zijn.

Evi en haar stiefvader en -moeder en de playmobil

Evi is bij mij aangemeld voor kindertherapie en ik heb al een gesprek gehad met moeder. Ze wil graag dat ik meekijk omdat Evi na de scheiding vaak boos is, ook al gaan ouders goed met elkaar om.

Met behuild gezicht staat ze de eerste keer voor de deur samen met haar moeder en jongere zusje. Ze weet natuurlijk niet wat haar te wachten staat. In mijn werkruimte wijst haar jongere zusje meteen: Kijk Eef, playmobil. Het is maar goed dat er ook paarden bij staan, want Evi blijkt gek te zijn op paarden. Het ijs is snel gebroken en moeder en zusje kunnen met een gerust hart naar huis gaan.

Ze mag haar familie opstellen. Haar ouders zijn gescheiden en ze stelt ze dan ook een eind van elkaar op. Ze is blij met de baby van haar tante. Gelukkig heb ik wel een heel klein popje. Ook haar lievelingspaard komt erbij staan en de hond van tante en dan de poes die bij moeder woont. Het poesje, waar heb ik dat ook alweer. Bij de meisjeslego zit gelukkig nog een poesje. Als ook dat erbij staat, zijn er genoeg dieren. Oma van moederskant, die lekkere koekjes bakt, zet ze erbij en opa van vaderskant aan de andere kant. Dan zet ze een poppetje neer voor de vriend van moeder, helemaal aan de buitenkant. Als ze over hem begint, kijkt ze eerst boos. Hoe zit het met de vriend van je moeder?’ vraag ik. Hortend komt het eruit: ‘Hij is heus wel aardig hoor,’ ze begint te snikken, ‘maar hij is er bijna altijd, dat vind ik niet leuk.’ Haar tranen wegvegend vervolgt ze: ‘Hij bemoeit zich teveel met mij.’ We gaan even verder over wat het bemoeien voor haar inhoudt. Even later: ‘En dan Wies.’ Evi wordt rood en kijkt naar de grond. ‘Wie is Wies?’, vraag ik voorzichtig. Ze blijkt de dochter te zijn van vaders vriendin. ‘Ik vind haar stom,’ zegt Evi zachtjes, ‘een aanstelster, bah, ik vind haar niet leuk.’

Fijn voor haar om haar hart te kunnen luchten. Met moeder bespreek ik ‘het bemoeien van stiefvader’. Vaak is het beter als de niet-ouder zich wat meer op de achtergrond houdt en de echte ouder vooral de regels aangeeft.

Ook is het goed dat moeder ruimte maakt om genoeg tijd met haar dochter(s) alleen te door te brengen. Of het nu gaat om koekjes bakken, knutselen, een uitstapje maken, als ze maar het gevoel krijgen dat ze hun moeder ook nog vaak genoeg voor zichzelf hebben.

Voor vader geldt ook dat het aan te raden is om niet alle tijd samen met zijn vriendin en haar kinderen met zijn dochters door te brengen, maar ook regelmatig wat apart met zijn eigen dochters te ondernemen.

Zie je dat je kind niet lekker in z’n vel zit na een je scheiding, teruggetrokken gedrag vertoont of snel boos is, ik kijk graag met je mee. Neem vrijblijvend contact op.